vrijdag 7 maart 2014

Grepen uit het archief van Huis Rosendael (2)

Soms heb je van die oude archiefstukken die je na het vaststellen van het behandelde onderwerp opbergt om ze vervolgens ook nooit meer ter inzage te geven. Met een schokkende inhoud of de privacy-wetgeving heeft dat niets van doen, maar wel de kwaliteit van het papier die er voor zorgt dat deze informatiedrager tegen de handen van geïnteresseerde onderzoekers moet worden beschermd. In het archief van het huis Rosendael bijvoorbeeld bevinden zich relatief veel papieren die aan het vervilten en verkruimelen zijn. Elke keer dat een blad wordt omgeslagen kunnen kleine snippers aan de randen en langs de vouwnaden afscheuren. Wanneer daar niet ingegrepen wordt is de informatie weldra een legpuzzle met een aantal ontbrekende stukjes.
De onderzoeker krijgt stukken die in staat van verval zijn dus niet meer te zien en moet zich tevreden stellen moet de globale beschrijving van de archivaris. Zo’n lot treft in het bijgaande voorbeeld een omslag met stukken betreffende de afwikkeling van de nalatenschap van Timan Johan van Lintelo, een gewezen majoor-commandant van een garde te paard, landdrost van Harlingerland en drost van Bredevoort. In het laatste kwart van de zeventiende eeuw was het vaak al tobben om de financiële eindjes aan elkaar te knopen of om bij het sluiten der ogen erfgenamen allemaal een vrolijk afscheid te geven.
Rond 1690 diende voor het bereiken van een blije herinnering aan de overledene bij twee pogingen diens havezate de Ehze bij Almen, met een stel daartoe behorende huizen en gronden publiek te worden verkocht. De nog in redelijke staat verkerende aankondigingen zijn hier afgedrukt. Zie het als een extraatje op de kennis die helaas verder verborgen zal blijven.

Geen opmerkingen: